Grensoverschrijdend gedrag op het werk

Analyse bij werknemers en zelfstandige ondernemers op basis van de Vlaamse werkbaarheidsmonitor 2016-2019

De meest recente gegevens in dit artikel zijn gebaseerd op de werkbaarheidsmonitor 2019 en leveren bijgevolg geen informatie over de gevolgen van de coronacrisis (op arbeidssituaties en werkbeleving).

Meer werkenden in 2019 slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag op het werk

Een kwart van de werknemers en bijna een vijfde van de zelfstandige ondernemers in Vlaanderen geeft bij de werkbaarheidsmeting 2019 aan dat ze in de afgelopen 12 maanden op de werkplek het slachtoffer waren van intimidatie, pestgedrag, fysieke agressie of ongewenst seksueel gedrag. Dat is meer dan bij de vorige meting in 2016. Vrouwen en contactberoepen vormen een duidelijke risicogroep.

Vooral werknemers in contactberoepen hebben te maken met grensoverschrijdend gedrag

De werkbaarheidsmonitor 2019 leert ons dat ongeveer een kwart (25,8%) van de werknemers in Vlaanderen in het voorgaande jaar het slachtoffer was van één of meerdere vormen van grensoverschrijdend gedrag tijdens het werk. Dat zijn ongeveer 610.000 werknemers per jaar. Intimidatie of bedreiging komt het meest voor (18,6%), gevolgd door pestgedrag (11,0%), lichamelijk geweld (6,3%) en ongewenst seksueel gedrag (3,8%). In vergelijking met 2016 is het slachtofferpercentage van grensoverschrijdend gedrag met ongeveer een vijfde toegenomen van 21,6% tot 25,8%.

Bijna drie op de tien (28,2%) van de vrouwelijke werknemers geeft in 2019 aan dat ze slachtoffer werden van grensoverschrijdend gedrag tijdens het werk. Bij de mannen ligt dat aandeel een vijfde lager (22,7%). Het verschil tussen mannen en vrouwen is het grootst voor ongewenst seksueel gedrag: 1,2% van de mannen en 5,9% van de vrouwen rapporteren dat ze hier persoonlijk mee geconfronteerd werden tijdens het werk.

Het hogere slachtofferpercentage bij vrouwelijke werknemers is voor een goed deel te verklaren door hun dominante aanwezigheid in zogenaamde contactberoepen: bij zorgmedewerkers was meer dan vier op de tien (45,6%) en bij onderwijskrachten ongeveer een derde (32,4%) slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag op het werk Bij de andere werknemers ligt dat aandeel op iets meer dan twee op de tien. Zowel voor intimidatie, lichamelijk geweld als ongewenst seksueel gedrag noteren we uitgesproken verschillen.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat bovengemiddelde slachtofferpercentages gerapporteerd worden in sectoren waar het interpersoonlijk contact een belangrijk deel uitmaakt van het werk: gehandicaptenzorg en jeugdbijstand (52,3%), woonzorgcentra (45,3%), politie en defensie (44,6%), ziekenhuizen (42,2%) en onderwijs (31,6%).

Vrouwelijke zelfstandige ondernemers vaker slachtoffer

Uit de werkbaarheidsmonitor 2019 blijkt ook dat bijna een vijfde (18,0% of omgerekend ongeveer 67.000) van de zelfstandige ondernemers in Vlaanderen in de afgelopen 12 maanden het slachtoffer was van één of meerdere vormen van grensoverschrijdend gedrag tijdens het werk. Bij de werkbaarheidsbevraging 2016 lag het meetresultaat nog op 16,4%. Intimidatie of bedreiging komt in 2019 het meest voor (15,2%), gevolgd door pestgedrag (4,7%), ongewenst seksueel gedrag (3,1%) en lichamelijk geweld (2,7%).

Iets meer dan één op de vijf (22,4%) van de vrouwelijke zelfstandige ondernemers werd slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag tijdens het werk. Bij de mannelijke collega’s was dat (met 15,6%) beduidend minder. Het verschil is het grootst voor ongewenst seksueel gedrag: 0,8% van de mannen en 7,4% van de vrouwen werd er persoonlijk mee geconfronteerd.

Bij de vrije beroepen, met meer vrouwelijke dan mannelijke beoefenaars, rapporteert een kwart (24,9%) van de ondernemers slachtoffer te zijn geweest van grensoverschrijdend gedrag. Dat is ruim een derde meer dan het gemiddelde (18,0%). Meer dan andere zelfstandige ondernemers in andere sectoren worden vrije beroepers geconfronteerd met lichamelijk geweld, ongewenst seksueel gedrag en intimidatie. Het laagste slachtofferpercentage wordt opgetekend bij de intellectuele diensten (12,2%).